zondag 24 februari 2013

De IJssel.

Wij zaten in een huisje op de Veluwe, maar vlak bij de IJssel  En de uiterwaarden van die rivier vind ik zo gaaf! De IJssel is een rivier die smeltwater afvoert vanuit De Rijn en daardoor is het waterpeil de ene keer hoger als de andere keer. Je ziet bovenin de bomen die langs en in de rivier staan altijd heel veel troep hangen. Touwen, papier, vuilniszakken, plastic. Als je niet weet dat het waterpeil stijgt en daalt, vraag je je af waarom iemand nou zijn vuilnis in die bomen heeft gekieperd, maar dat doet de natuur gewoon helemaal zelf. Beetje hulp van de mensen, want de natuur produceert geen plastic flessen en plastic zakken.


Rijdend richting het water vonden Ben en ik het wel een leuk idee om met een pontje over te gaan en dan aan de andere kant van de rivier via een ander pontje weer terug. Voor het eerst hadden wij de tom tom aan staan. Niet omdat we de route niet wisten, dat maakt het namelijk altijd een stuk avontuurlijker, maar omdat we wilden weten of hij het nog zou doen. Dat ding ooit van oma gekregen, die heeft een nieuwe auto, met ingebouwde Tom Tom, maar dus nog nooit gebruikt. Wij rijden op gevoel en in de bossen van Zweden op de stand van de zon.

Aangekomen bij het pontje, kwamen de kinderen op de achterbank niet meer bij van het lachen. Meneer Tom bleef namelijk maar herhalen dat we nog 100 meter door konden rijden, maar we stonden al met onze neus in  het water zeg maar. Nog 100 meter pappa! Nog 100 meter! Het bord dat ons verzocht om de auto op de handrem te zetten, zorgde voor nog meer joligheid op de achterbank. Hoe zet je een loodzware auto namelijk op zijn handrem?

De overtocht was kort. De auto hebben we aan de overkant in de prut gezet en we gingen een stuk langs het water lopen. Het water was net gezakt en de bomen waren net zo versierd als de bomen met Kerst. Onze kinderen zouden onze kinderen niet zijn als ze niet in het water moesten staan om eens goed naar de vegetatie te kijken en om met stokjes vissen te vangen. Die vissen lieten zich echter helemaal niet vangen. De nieuwe leren schoenen van Sophie veranderden langzaam maar heel zeker in beblubberde klompen. Het leer scheurde langzaam van de zool af en nu hebben we dus nog een stuk afval erbij gekregen. Had mamma maar laarzen mee moeten nemen.


Via een volgende pont weer terug naar de kant van de Veluwe en naar de camping. Mamma had een top uitstapje gehad en de kinderen vonden alles goed; als we 's avonds maar gingen disco zwemmen. En ik had zo'n top middag gehad dat ik zelfs mee ben gaan zwemmen. Voor de mensen die mij kennen, er zijn GEEN foto's van, maar ik heb echt, echt waar gezwommen en de kinderen vonden dat nog wel het allergrootste feest van de vakantie. Mamma ging zwemmen!!


donderdag 21 februari 2013

Inventarislijst.


We gaan een weekendje weg. Het loopt allemaal niet zo goed bij ons de afgelopen weken en dat heeft zijn weerslag op pappa; op de kinderen en op mij. We willen rust! En rust zullen we krijgen ook. Surfend over het internet stuit ik op een last minute aanbieding van een huisjesaanbieder. Voor 89 euro en nog eens 60 euro aan toeristenheffingen kunnen we 3 nachten weg. Morgen weg. We kunnen morgen weg en dan maandag weer terug. Ik kan ook langer boeken, maar de geweldige oom van de kinderen heeft gezorgd dat pappa gewoon de hele week moet werken. Zelf gaat hij met zijn dochters lekker skiĆ«n, maar hij laat iedereen naar de zaak komen. “Ben is er gewoon hoor!” Weg vakantie voor de kinderen.  Kan er allemaal nog wel bij. We zijn volledig aan het eind van ons Latijn. Of dus eigenlijk: we zitten er kneiterkapot doorheen.

Vrijdagmiddag stappen we in de auto. Twee uur verder zijn we bij ons huisje. En het is weliswaar oud, maar er staan voldoende bedden en het ziet er schoon uit. Hier gaan wij het wel redden. Konijntjes komen nieuwsgierig tot vlak voor de ramen en slaan ons gade. Vreemde mensen daar binnen want niet alleen hebben ze twee van onze soortgenoten in een doos staan, ze lopen met een lijstje door het huisje. De inventarislijst mensen! We hebben nog niet eerder in een huisje gezeten, maar wel al eens gehoord dat je moet betalen voor alles wat er mist in je huis. En het is een beetje oneerlijk vinden wij als wij moeten gaan betalen voor de vorken en messen die de voorgaande bewoners mee hebben genomen en aanbieden via MP. Wij lopen dus braaf het lijstje door.

8 messen. We hebben er 10. O. En nu? Geen idee. 8 theebekers. Ja!!! We hebben er 7. Schuimspatel. Schuimspatel? Wat is dat? 8 Ontbijtbordjes. Klopt. 8 borrelglaasjes. We vinden in een hoekje in de bovenkast 6 kleine glazen olijfborrelglaasjes op voet. Zullen ze dit bedoelen met borrelglaasjes? Dronken zul je wel niet worden dan. Maar het zijn er dus 6 en geen 8. Afdruiprek. Afdruiprek? Wat is in hemelsnaam nou weer een afdruiprek? Wij (lees ik) zijn van na de afwasmachine revolutie. Ik heb geen afdruiprek. Weet ook niet wat het is. Als ik hem zie herken ik het echter toch. Die hebben we in Zweden namelijk ook. Toch handig een weekendje weg. Leer je weer woorden die je sinds december kwijt was. Afdruiprek. Niet meer vergeten.

Tevreden lopen wij na een half uur naar de receptie om onze lijst in te leveren. Want stel je toch voor dat wij de rekening gepresenteerd krijgen van die olijfschaaltjes op voet, of van die ene theebeker. Meisjes achter de balie kijken ons niet begrijpend aan. Inventarislijst? Ja, inventarislijst en we missen dingen. Wilt u die dan nu hebben? Welnee, we hebben ze helemaal niet nodig, maar we geven het even door. Waarom dan als u ze niet nodig heeft? Omdat dat zo hoort toch? Iedereen loopt toch eerst even hun huisje door om naar ontbrekende dingen te speuren? (Als ze ontbrekend zijn kun je trouwens lang zoeken zonder te vinden, maar dat terzijde) Meisjes denken dat we ze voor de gek houden en rollen bijkans van hun kruk af. Maar als ze onze serieuze gezichten zien, gaan ze de manager bellen. Dat er een lijstje is met ontbrekende spullen in huisje 404 en wat ze daar nou mee moeten doen. Nee, de mensen hebben de ontbrekende spullen niet nodig. Nee, dat weet ik ook niet. Ze kijkt ons aan terwijl ze belt en ik voel me een klein beetje ongemakkelijk. Als ze het zo brengt is het inderdaad wel een beetje vreemd. Het meisje hangt op en zegt dat ze het lijstje in behandeling neemt. En dat ze ons bedankt. Als wij de receptie verlaten draait de camera met ons mee. Doet die manager vast die rolt natuurlijk ook van zijn lederen fauteuil terwijl hij eens goed kijkt naar die vreemde snuiters die een lijstje komen inleveren.

Maar als u nu komend weekeinde naar huisje 404 gaat en wel van een borreltje houdt, dan zou ik even zelf een glas meenemen. Dat in behandeling nemen zal vast betekend hebben dat het lijstje keurig bij het oud papier is beland.
Onze eigen konijnen mochten ook een weekeind weg. Niet naar buiten  overigens.

maandag 11 februari 2013

Oma worden.


Mam! Ik word vader! Mijn vriendin krijgt een baby!! Helemaal door het dolle staat Niels naast mij te springen.  Mijn hart slaat een slag over. Of twee. Misschien wel 3. Vriendin? Baby? Waar heb ik een winterslaap gehouden? Ik weet niets van een vriendin, wist niet eens dat hij al naar meisjes keek. Laat staan hele andere dingen aan het doen was. Baby? Stamel ik? Hoe kan dat nou?

“Ik had gister een vriendin, maar ik wist niet of die wel de beste was, dus heb ik gisteravond ook nog andere vriendinnen geprobeerd, maar deze was toch de beste. We zijn vanmorgen getrouwd en nu komt er een baby. Hij is voor 90 procent klaar en komt over een uurtje” Ik begin langzaam te beseffen dat hij het over iets heeft waar ik totaal niets van begrijp. Vreemdgaan, vrouwen proberen, baby’s die na 1 nacht al voor 90% klaar zijn? Waar heeft hij het in vredesnaam over? “En waar is je vriendin nu?” “Op haar werk. Ik heb vandaag een vrije dag genomen, maar zij komt over een half uur thuis, dan kieper ik haar in de douche, want ze moet wel schoon zijn als ze bevalt. Heeft ze nog een half uur voor, dus ze moet wel snel douchen”

Niels loopt weer weg. Ik blijf verbaasd achter. Even later komt Sophie naar me toe. “Niels krijgt een baby en die is al voor 92 procent klaar!” Gelukkig heb ik nog een ledikantje en boxen vol baby kleding en een wandelwagen. Baby is welkom, maar begrijpen doe ik er niets van.

Ga maar eens kijken wat mijn 3 (nog niet zo lang geleden ook nog baby’s) aan het doen zijn. Rijkelijk laat, ik geef het toe, maar misschien kan ik nog ergens mee assisteren. Kruikje in het bedje leggen, natte washandjes klaar leggen, kleertjes wassen. Mijn 3 banjers zitten gebroederlijk naast elkaar op de bank. Gebeurt niet zo vaak, dus sta ik even genietend naar ze te kijken. En zie dan opeens dat ze naar schermpje staren. Scherm van de ipod. Niels heeft zijn vrouw onder de douche gezet en wacht ongeduldig op de baby. Zijn eerste boreling. In een spel. Niels speelt sinds gister de Sims. Wist ik niets van. Gisteravond vergeten om zijn ipod te controleren. Dat doe ik namelijk iedere avond, om te ontdekken dat lang niet alle moeders dat doen. Taalgebruik van vrienden is soms echt heel erg. Niels speelt gewoon spelletjes. En luistert naar muziek. Vooral dat laatste eigenlijk. Maar gister was ik moe en heb dus niet gekeken.  En  nu ben ik te laat. Ik word oma. 1 moment van onoplettendheid en ik word oma. Best leuk eigenlijk. Zo’n klein hummeltje tegen je aan, voetjes op je buik, klein pluizig bolletje in je armen. Heerlijk ruikende hummel. Zwitsal. Baby’s ruiken meestal naar Zwitsal.

Nog een paar minuten later en gejuich rukt mij uit mijn gemijmer. Baby is geboren en Niels mag zelf kiezen wat het is. Een zoon. Het is een zoon en hij heet Sky. Baby krijgt bruine ogen. Want die heeft zijn vader ook. Niels blij, Sophie blij, Finn blij en ik ook blij. Virtuele baby is een hele goede manier om nog lang geen vader te worden. “Ik zou maar op tijd naar bed gaan als ik jou was Niels, baby’s worden namelijk ’s nacht telkens wakker. Willen ze eten en verschoond worden” “Ja, maar dat ga ik niet doen! Daar hebben baby’s mamma’s voor. Pappa’s verdienen het geld en mamma’s zorgen ’s nachts voor kinderen. Ik zal me daar gek zijn zeg!” Ergens is er iets mis gegaan in de opvoeding. Gelukkig hebben we spelletjes. Komen we er op tijd achter. Morgen zal ik Niels aan het werk zetten. Mag hij strijken en de was doen. Laat ik Sophie het terras achter het huis ophogen en mag Finn koken en luiers verschonen. Emancipatie begint thuis. Op jonge leeftijd. Zodat als ik later, over een jaar of 20, echt oma wordt, vol trots hoor dat mijn zoon ook gewoon ’s nachts zijn bed uit gegaan is, om de baby te verschonen, zodat zoons ook gewoon achter de wagen wandelen op hun pappa dag. En dat mijn dochter gewoon zelf een bolletje in de lamp kan draaien. Helemaal zelfstandig.

Heb ik al verteld dat ik oma geworden ben? Het is een jongetje en hij heet Sky!
Mijn 3 baby's op weg naar volwassenheid. Maar eerst deze berg bedwingen.


maandag 4 februari 2013

Telefoon.


Ik heb een nieuwe telefoon. Al een paar dagen. En al een paar dagen ligt hij in een hoekje in de keuken. Blauw knipperend vraagt hij om aandacht als ik de keuken in loop. Ik ben er achter gekomen dat ik vrij vaak de keuken inloop. Om te koken; om iets lekkers te pakken; om koffie te zetten; om brood voor de kinderen te snijden; om een emmer sop te vullen voor de ramen. En iedere keer knippert dat blauwe lichtje.

Donderdagavond kreeg ik een nieuwe telefoon. Een Samsung Galaxy S3. "Leuk" Zei ik, en legde doosje neer. Op tafel. Ik ging namelijk uit die avond. Tapas eten. Weet u nog? Zoon keek mij niet begrijpend aan. Stond te stuiteren van enthousiasme. "Mag ik hem dan? Mag ik hem dan?" "Nee. Jij krijgt een telefoon als je naar het VO gaat. Niet eerder" En ik vertrok.

Met mijn huidige telefoon kan ik bellen en gebeld worden. Niet dat ik dat ooit doe, of dat ik ooit gebeld word, maar het zou kunnen. Een vriendin stuurt me altijd sms-jes. Over hoe laat de wedstrijd begint; of de jongens samen kunnen spelen; of het goed met me gaat, en daarna belt ze me op mijn vaste lijn op. Want ik heb dat toestel nooit bij me. En ik lees eigenlijk al helemaal nooit die berichten. Sorry T! Maar met deze nieuwe kan ik internetten. Hoe handig!! Daar heb ik thuis gewoon een laptop voor. Met toetsenbord. Kunnen mijn vingers dansend over de toetsen verhalen maken. Maakt zo’n leuk geluid. Waarom zou ik internet willen hebben op een telefoon?

"Best handig dit nieuwe toestel. Er zit ook een hele zuivere camera op. Hoef je nooit meer met camera op stap"orakelt ben lyrisch de pluspunten van toestel. Ik kijk naar mijn camera met lens en kijk naar plat ding op tafel. Camera? Zie hem nog niet aan een koordje aan mijn nek bungelen. Ik besluit om toestel aan te zetten. Druk op uitstekende knopjes en verrek! Er gaat een lampje branden. Niet bij mij. Op toestel. Veeg uw vinger over het scherm om de telefoon te ontgrendelen. Zegt de telefoon. Veeg over scherm? Blub-blub-blub doet telefoon, maar verder niets. Ik roep hulp in op fb. Vrienden weten raad, want vrienden hebben allemaal al een internettende camera die belt. En wappert. Ik kan er straks ook mee wapperen naar mijn vrienden. Vroeger zwaaide je als je een bekende tegenkwam. Vroeger zei je goedemorgen als je op straat liep en iemand tegemoet liep. Tegenwoordig wapperen we met telefoon in hand. Kijken elkaar niet meer aan. Vereenzaming op straat.

Na een tijdje vegen over beeldscherm kreeg ik verrek! echt een startscherm. Telefoon vroeg of dit mijn huidige positie was. ???? Ja, dit is mijn huidige positie. Ik zit nu hier. Plots kreeg ik het weersbericht te zien in mijn scherm. Half bewolkt 6 graden. Kijk! Toch best handig zo’n telefoon. Scheelt me ’s morgens het openschuiven van de gordijnen. Ik hoef alleen maar op mijn telefoon te kijken om te zien wat voor weer het buiten is. Waar is de tijd gebleven dat we de Enkhuizer Almanak raadpleegden? Dat we aan de hand van een dennenappel konden zien wat voor weer het zou worden? Dat we aan overvliegende vogels de seizoenen konden raden? Weg mensen. Die tijd is weg. Ingehaald door wapperende telefoon. Met ingebouwde buienradar. Hoe handig!

Na een half uur had ik zowaar twee contacten in mijn telefoon en niet alleen de nummers, maar ook email adressen, thuis- en werk adressen en verjaardagen konden in het systeem gezet worden. En of iemand vriend was, van school, van je werk of overig. Je zult toch bij overig komen te staan in telefoon. "Wat ben je?" "Nou ik ben overig" Scheelt me trouwens straks zowaar ook nog een adressenboekje. En de camera? Geen idee. Mijn broer kwam vrijdag langs en die heeft dezelfde telefoon. Hoe toevallig! Mijn broer ging uitleg geven. Heel snel! Moest ik even aan wennen. En ik mistte stap 1-2-3 en 4. Was dus al verslagen bij de start. Maar mijn broer maakte een paar foto’s van de kinderen, van de ongestreken berg was en was zeer tevreden. Ik ook.

Ik kan straks foto’s maken en dan direct delen op fb. Handig, maar waarom zou ik dat willen? Ik kan straks tijdens het dineren in restaurant mijn tafelgenoot mijn tafelgenoot laten, onderwijl communicerend met mijn vrienden die niet mee zijn. Kan up to date blijven terwijl ik elders ben. Hoe handig! Maar zo niets voor mij! Ik ben meer van de echte contacten. Die waar de warmte van af straalt. 1 ding was dan wel weer handig. Je hoeft geen Valentijns brieven meer te schrijven. Je wappert je geheime liefde gewoon een standaard plaatje toe. Afzender: en daar sta je dan met naam en nummer. Hoezo geheime liefdes? Laat mij maar schrijven. Met een pen en een afzender. Nomen Nescio. Ja, ik ben van de oude stempel.

Na het vertrek van mijn broer ging telefoon weer terug in de hoek. In de keuken. Want ik ben eigenlijk nog helemaal niet toe aan nieuwerwets ding. Ik internet via mijn laptop, heb geen routeplanner nodig, doe mijn betalingen zittend op een stoel achter de pc, zwaai gewoon naar mijn vrienden als ik ze tegenkom, loop naar buiten en ervaar het weer en sleep bij ieder uitje zware camera met lens met me mee.  Lees mijn kranten gewoon gezellig zittend op de bank met een kop koffie onder handbereik. En als ik mijn boodschappen doe ben ik niet bereikbaar! Misschien wel hopeloos ouderwets, maar wel zo rustig. Ik loop door de supermarkt en wentel me in absolute anonimiteit. Niemand die mij kent, en niemand die mij belt. Ik groet de broodmeisjes, krijg een blokje kaas van de kaasjuffrouw en van de manager een glimlach. Gewoon. Zonder hulp van mijn telefoon. Ik ben dan wel ouderwets, maar intens gelukkig met verworven vrijheid.