dinsdag 28 februari 2012

Routekaart.

Wij zijn van die mensen die geen tom-tom hebben. Niet omdat we die niet willen,maar omdat die van ons gestolen is. Uit de auto. Gejat zeg maar. En ondanks dat er in de winkel van echtgenoot mooie vitrines staan met prachtige nieuwe tom-toms, weiger ik om er nog 1 te kopen. De onze was er 1 van de maandagmorgen productie. Vol fouten dus. Thuis startte je het apparaat op en als je dan 40 kilometer verder was had hij een satelliet gevonden en dan kon je de route invoeren. Op de vluchtstrook, of op een parkeerplaats. Weer 40 kilometer verder had hij dan de route gevonden. Meestal was ik dan al op de plaats van bestemming. Ergens hoop ik dan ook dat de dief mijn apparaat zelf gebruikt en dan naar het dichtstbijzijnde politiebureau geleid wordt. Niet dat hij dan gearresteerd word ofzo, want de politie heeft het altijd te druk met auto’s flitsen langs de kant van de weg,maar dan zit die dief toch even te zweten. Ik heb ook gezweet voor dat apparaat. Zelf bij elkaar verdiend. Niets andermans spullen jatten als een dief in de nacht.
De kinderen en ik gaan op vakantie. Skiën in Oostenrijk. En echtgenoot wil mee. Dat is even slikken. Voor mij. De kinderen vinden het wel leuk, want dan gaan ze ook met pappa skiën en van pappa mogen ze op de berg limonade drinken met een chocoladekoek. Van mamma niet. Van mamma mogen ze thee of water en gewoon brood, of soep, of pasta. Geen chocoladekoek. Maar mamma heeft de vakanties nodig om tot rust te komen, om uit te rusten, om achterover te leunen, om de accu weer op te laden zodat we de komende 6 weken kunnen volhouden tot weer een nieuwe vakantie. Blokken van 6 weken. Blokken waar van alles in gebeurt en waar mamma overal maar alleen voor staat. Klagen doe ik niet hoor, maar die vakantie die is me eigenlijk wel heilig. Positief denken Anna Marie! Positief denken! Stoer hé? Van pappa dat hij het aandurft om mee te gaan op vakantie. Ja. Inderdaad heel stoer van pappa. Gaat vast weer heel goed met pappa. Ik ben heel positief hoor! Voordeel is dat pappa nog steeds Duits spreekt en de skilessen voor de kinderen nu mooi kan regelen. Sinds ik Zweeds spreek, ben ik de Duitse taal verleerd. Hoe oud is uw zoon? “ Han ar nio år!” Zeg ik trots in mijn beste Duits. Wat dus helemaal geen Duits is. Pappa kan tolk spelen. Best handig om pappa mee te nemen op vakantie. Ziet u: ik blijf positief.

Ik ga naar de A.NWB om routekaarten te halen. Die kun je oer-Hollands gratis ophalen met je pasje als je lid bent. En dat zijn we. Pappa vind het niet nodig. “Ik rij de route met mijn ogen dicht.” “Ja, jij wel, maar als er nu iets met je gebeurt en ik moet alleen terug rijden? Ik rij blindelings naar Zweden, zelfs via omleidingen, maar Oostenrijk en Zuid-Duitsland zijn van een andere orde. Ik wil kaarten.” “Wat zou er dan met mij moeten gebeuren?” En pappa word tegelijkertijd stil. Ik hoef geen antwoord te geven.
Met routekaart gaan we op pad en belanden ergens halverwege Duitsland in een file. We gaan afwijkend rijden. Verlaten de snelweg. En dan ontstaat er een probleem. Want die gratis kaart van de A.NWB laat alleen de hoofdwegen zien. En niet de wegen in het binnenland. Pappa ziet plaatsnamen op borden en vraagt of ik die op de kaart zie staan. NEE! Op de kaart staan plaatsen met meer dan een half miljoen inwoners. Geen pittoreske plaatsjes waar de burgemeester tevens schoolhoofd is. Waar de bakker ook voor postbode speelt. Ik duik met mijn hoofd in het dashboard kastje. Achter een doos drop, hmm, hoe heb ik die nu kunnen vergeten? Een EHBO doos, ruim over de datum, stenen, takjes en andere souvenirs van wandelingen met de kinderen, vind ik een kaart van Duitsland. Gekocht bij een goedkope Duitse supermarkt. Voor 1 euro. 2 jaar oud. Weg waar we op rijden toont ouder dan die 2 jaar. Weg staat er op. Na een uur parallel te hebben gereden zoeken we de snelweg weer op, want de file is inmiddels opgelost.
Weer een paar uur later verplaatsen we ons opnieuw als sardientjes in een blik over de snelweg. Stapvoets en stilstaand. We besluiten om wederom de snelweg te verlaten. Vinden een route langs leuke verstilde dorpjes en langs een prachtig bevroren meer waar geen einde aan lijkt te komen. Op de kaart is het een onbeduidend spatje verf. “Stunt” zegt eega. “Wat verwacht je van een kaart van een euro?” We rijden 70 kilometer per uur, maar we rijden en dat is wel prettig met 3 kinderen die niet willen slapen. Zomaar opeens maakt de weg op de kaart een vreemde slinger. “Een haarspeldbocht Ben. We naderen een haarspeldbocht en dan is het nog een cm rijden voor we weer op een hoofdweg zijn.” “Een haarspeldbocht? Ja hoor, vast een drukfout.” Maar nee, opeens bevinden we ons aan de voet van een berg en moeten we een pas over. Inderdaad met bijbehorende haarspeldbocht. Alleen duurt de weg door de bergen heel wat langer als de beloofde centimeter. Kilometers en kilometers rijden wij door de bergen. Smalle besneeuwde en beijzelde voetpaden met af en toe een tegenligger zodat we rechts vervaarlijk dicht tegen de lage muurtjes aan staan. Uit het raam kijkend zien we de razende rivier onder ons met tussen ons en die rivier in slechts dunne sparrenboompjes die het gewicht van ons en onze beladen auto echt niet gaan houden. Gelukkig gaat het iedere keer goed en komen we heelhuids aan de andere kant van de berg.

Aangekomen in ons appartement zijn we het er allemaal over eens; de kaart van een euro heeft ons langs prachtige routes geleid. Een beet je ontdek je plekje langs de snelweg. En wie kan dat anno 2012 nog zeggen? Iedereen schijnt blindelings de metalen stem van de routeplanner te volgen en zo vergeten we waar het om gaat. Vakantie. We hebben vakantie. We gaan proberen om er met zijn vijven een mooie week van te maken. Morgen maar eens in de winkel kijken of er ook een kaart voor pappa’s hoofd bestaat. En die mag dan best iets duurder zijn.

donderdag 23 februari 2012

Trots!!


Hoe trots kun je zijn als mamma? Heel trots kan ik u verzekeren. Afgelopen dinsdag kwam Niels uit school. Om half 4. Terwijl de school tot kwart over 3 is. Er zaten 3 kleine kinderen in de auto te wachten om naar huis te gaan om te spelen. En maar wachten en maar wachten en eindelijk na een kwartier kwam Niels toch maar eens naar buiten. Mamma kwaad. (Ik dus) “Hoe lang heb jij in vredesnaam nodig om te douchen?” Niels had tranen in zijn ogen en haalde zijn schouders op. “Shit” foute boel. Zoveel was wel duidelijk. Zelfs voor mij als mamma met oogkleppen voor. Niels liep te sjokken naast me en wilde geen antwoord geven op mijn vragen. 3 enthousiaste kinderen in de auto zeiden Niels gedag, want nu konden we eindelijk naar huis. Niels zat naast me te huilen en wilde nog steeds niets zeggen. “Heb je straf gehad van de juf?” Dat zou dan voor het eerst zijn, maar ja, eens moet de eerste keer toch een keer komen. “Wat denkt u nu zelf?” Ik blij, want er was nog contact mogelijk. Van binnen voelde ik me al beroerder worden, want dat er in zijn ogen iets ernstigs was gebeurd, was wel heel erg duidelijk, maar wat, en hoe en door wie? Aangezien er 6 kleine oortjes mee zaten te luisteren, besloot ik zoon even met rust te laten.

Thuis schonk ik drinken voor de 3 andere kinderen in, schilde ik appels, en ging op zoek naar Niels. Nergens te vinden. ??????? Hoe kan dat nu weer, deur staat op de grendel en bij de achterdeur stond ik fruit te schillen en openingszinnen te bedenken. Openingszinnen die ik nu dus niet kon uit proberen. Niels was foetsie. Kinderen een snoepje gegeven en zoektocht naar verdrietig mannetje ging verder. Waarom woon ik nu in een groot huis en niet gewoon in een flat met 1 slaapkamer, een douche en een kast? Een kast. Zijn kast. Zijn kledingkast. Ja hoor, daar zat te midden van zijn onderbroeken, zijn sokken en zijn overhemden, een zielig hoopje mens. Compleet overstuur. En dan word je als mamma heel klein en tegelijkertijd heel boos. Dat er iets is gebeurd is nu wel heel erg duidelijk. “Hebben ze aan je lichaam gezeten?” Is altijd mijn eerste vraag. “Hmm” Een uur lang kreeg ik alleen maar Hmm te horen. Af en toe gesmoord door een laaghangend overhemd, en af en toe iets duidelijker als ik warm werd. Net een spelletje. Zoek de schat en dan ben je warm, warmer of ijskoud. Na een uur had ik uit Hmmm zeggend snikkend jongetje (op dit soort momenten is het namelijk geen stoere skateboarder van 9) de oorzaak.



School gebeld en de directeur bood wederom zijn hulp aan. Morgenochtend zou hij zoon in zijn kantoor krijgen. Succes ermee! Zo boos was ik. Zoon was woest op mamma, op bepaalde kindjes en op school. Hij ging nooit meer naar die domme school, naar die domme kinderen, mamma moest maar een andere school zoeken en iedereen moest hem vooral met rust laten. ’s Avonds kwam hij de kast weer uit. Hij had honger en mamma vind een hoop goed, maar sperzieboontjes eten tussen schone kleren toch net niet. Stomme mamma!!

Woensdagmorgen. “Ik ga nooit meer naar die school, u gaat zelf maar lekker praten, ik wil alleen maar mijn agenda hebben, waarom maakt u mijn drinkbeker klaar? Jullie zijn allemaal stom!!” Meneer was bang en boos en nog steeds verdrietig.

De directeur kwam zijn kantoor uit toen Niels de school binnen liep en had alle aandacht voor boze leerling. Niels die uiteindelijk ging praten, (2 woorden aaneen) en langzaam open ging, omdat hij zijn veiligheid weer hervond. Ik zat te gloeien van trots. Mijn zoon die voor het eerst voor zichzelf opkwam en mij helemaal niet meer nodig had als zijn spreekstalmeester. Niels groeide in kantoor en sneed voorzichtig een tros los van mamma. (Mag ik hier eigenlijk wel blij om zijn) Niels ging met de directeur naar de klas en mamma ging met rechte rug naar buiten. Naar huis. De koffie heeft zelden zo goed gesmaakt. Om 12 uur was zoon weer vrolijk. Had zijn veiligheid weer terug, voelde zich begrepen en had een hindernis genomen. Een hindernis zonder mamma, maar met de directeur. En hij wist dat hij zichzelf kan zijn op school. Gewoon Niels kan zijn op school. En mamma weet dat er nog heel veel groei zit in stoere zoon. En soms; soms vallen we een stukje terug, maar uiteindelijk gaat Niels stapje voor stapje omhoog. Cognitief zit alles wel goed, en voor het sociale aspect heeft hij mensen om hem heen die heel veel om hem geven. En waanzinnig trots op hem zijn!!

maandag 20 februari 2012

Sophie.

Sophie heeft de afgelopen week de familie lichtelijk op stelten gezet. Aan iedereen die het wilde horen, of eigenlijk aan iedereen die ze tegenkwam, wist ze te vertellen dat wij nog een baby gaan krijgen. Bij sommige aanhoorders sloeg de schrik om het hart. Niet in de laatste plaats bij mij. Een baby? Nog een baby? Altijd welkom hoor, maar gezien de situatie niet handig en praktisch gezien ook zo goed als onmogelijk, want vorige maand werden wij in kennis gesteld dat de embryo's die wij nog in de diepvries bij het ziekenhuis hadden liggen, waren vernietigd. Een baby dus. Toen Sophie te horen kreeg dat mamma toch geen baby meer wilde, antwoordde mevrouw als volgt: "Mamma kan wel meer niet willen, daar hebben wij geen boodschap aan. Wij willen nog een baby zusje."

Sophie had gister een nieuwe barbie gekregen van opa. Een barbie van ongeveer 50 jaar oud. Nieuwe barbie moest 's middags mee naar verjaardag. Op de verjaardag was ook het kleinste baby neefje aanwezig. Klein baby neefje mocht van Sophie wel met de barbie spelen. Probleem was echter dat het hoofd van de pop er telkens af schot. Grote grijns op 5 maanden oud gezicht. Giechel bij Sophie. Het spelletje 'onthoofd de pop' was een half uur leuk, maar daarna vroeg Sophie de pop terug aan de pappa van de baby. "Stel je voor dat hij later gaat trouwen en dan het hoofd van zijn vrouw er af trekt? Hij denkt namelijk straks dat het zo hoort."

Mevrouw gaat carnaval vieren op school. En waar de hele school in polonaise door de aula host zit jonkvrouw in blauw fluwelen jurk op een stoel. Niet begrijpend de kleurrijke menigte te bekijken. Wat een rare vogels lopen daar, veren op het hoofd, alle kinderen die elkaar vastgrijpen om achter elkaar rondjes te lopen. Niet besteed aan deftige dame. Verkleden is leuk, chips eten in de klas en limonade drinken kan ook nog, maar dat gedoe in de aula, mag van Sophie wel achterwege blijven. School is school en geen veredelde feesttent. Gelukkig dachten 400 feestende kinderen daar anders over.

vrijdag 10 februari 2012

Bastu. Ook wel sauna genoemd.

Als ik nu naar buiten kijk naar mijn wit besneeuwde achtertuin, denk ik terug aan onze wintersport in Zweden 3 jaar geleden. We zaten in een prachtig kindvriendelijk gebied met mooie hellingen en prachtige afdalingen off-piste. Dwars door het bos kon je skiën. Bovenop de heling was een compleet kinder ski dorp gebouwd waar de kinderen konden spelen; konden dansen; in piste bully's konden zitten en door poortjes en tussen huisjes konden skiën. Prachtig vonden ze dat. Pappa en mamma vonden dat ook.

In ons huisje bevond zich ook een bastu. Een sauna. En na het skiën kon je heerlijk stomen. Maar je hoort die warmte natuurlijk af te wisselen met kou. Wij gaan dan doorgaans gewoon even koud douchen, de Zweden deden (doen) dat anders. Op een avond gingen Ben en Niels na het eten nog een stukje wandelen. Niels had namelijk een mountainbike parcours gevonden en hij wilde die een stuk volgen. Mannetje was 6. En precies toen Ben en Niels op het pad tussen ons huisje en dat van de buren stonden, zwiepte de deur van de buren open, en 2 hoogblonde poedelnaakte dames kwamen naar buiten. -15. Moeder en dochter doken zo met hun blote billen in de sneeuwberg voor onze huisjes en terwijl ze daar zaten, zeiden ze pappa en klein mannetje vriendelijk gedag. En hup, daar gingen ze weer snel naar binnen. Ben en Niels kwamen weer naar binnen. De grijns bij pappa is de rest van de week niet meer van zijn gezicht afgeweest. Niels was verbaasd. Stomverbaasd. Hij zag zijn moeder in geen duizend jaar met haar blote kont in de sneeuw duiken. Rare vrouwen hier in Zweden stond op zijn gezicht te lezen. "Ik hoop niet dat we die dames tegenkomen op de berg pappa. En anders hoop ik dat ze aangekleed zijn." Pappa zou het denk ik niet erg vinden om de dames nog een keer te spotten. Met of zonder kleren.

Ik zit nu thuis met een ontsteking in mijn knie. Gister ging ik douchen. En omdat ik niet zo goed kan staan, ging ik op 1 van de bankjes in onze douchecabine zitten. Wij hebben namelijk een Turkse stoomsauna. Met bankjes. En even, heel even dacht ik eraan om te gaan stomen om vervolgens ook met mijn blote billen in de sneeuw te duiken. Ik heb het niet gedaan. Er zal toch net visite binnen gekomen zijn als ik in de trap af storm (strompel) naar beneden, de buurman zal net uit het raam kijken, de hangjeugd zal net achter onze tuin aan het chillen zijn. De helicopter van "Nederland van Boven."zal net boven ons huis cirkelen. Mij kennende zal ik net uitglijden op een ijsplaat en dan mijn been breken. Moet je in het ziekenhuis uitleggen waarom je poedelnaakt in de sneeuw lag.
Het leven in Zweden is een stuk ongecompliceerder. Alhoewel, het leven is zo moeilijk als je het zelf maakt. Misschien moeten we ons gewoon wat minder aantrekken van de mening van anderen.

Vanmorgen heb ik het voorval 3 jaar geleden aangekaart bij Niels. Weet je nog? Hij wist het nog. Dat de dames bloot waren, noemde hij niet mee op. Wel dat ze precies, maar dan ook precies in zijn fort gingen zitten. "En ik had ze helemaal niets gedaan!"


dinsdag 7 februari 2012

Mijn eigen avontuur. Door Niels.


Mijn mamma schrijft altijd verhalen over ons, maar mamma snapt het soms allemaal helemaal niet goed. Ik zal u schrijven wat ik zaterdag 4 februari heb meegemaakt op mijn fiets terwijl mamma naar oma ging lopen met Sophie om Finn op te halen.

O, en ik ben 9 jaar en ik zit in groep 6B

Ik fietste op mijn mountainbike door ons dorp maar mama dacht dat ik naar oma ging fietsen maar dat was dus niet zo. En dit is mijn omschrijving ik ging eerst langs de gele speeltuin. Daarna ging ik langs een rotonde en toen kwam er een lange weg en daarop volgde een linker afslag met een brug. Ik fietste toen naar een winkel centrum daar zag ik een grote Grijze wolk in de lucht. Daarna fietste ik daar wat dichter naartoe en zag tussen de rook een vlam naar boven komen. Toen dacht ik hier is iets niet goed. Ik fietste nog dichter naar de vlammen toe en zag dat een klein bestelbusje de vlam had gevat. De eigenaar pakte zijn spullen eruit en sommige mensen zijden: meneer u kunt daar beter weg gaan, een vlammende auto kan gevaarlijk zijn, meneer u bent belangrijker dan uw boodschappen, u bent daarvoor verzekerd, ga onmiddellijk daar weg de olie kan ontploffen of wilt u dat ik u naar huis breng. Dus de mensen vonden het niet goed dat hij bij die auto stond. Ik zelf dacht voordat de brandweer er is ga ik naar achter. Toen zag ik nog een vriendje lopen. Zijn vader was der ook maar dan als politie. Dus eigenlijk zagen ze elkaar niet zoveel. Maar toen kwam de brandweer ik zag dat ze bluste en toen gingen ze met een breekijzer de motorklep openen maar dat lukte niet dus toen pakte zij een ding en toen trokken zij aan een touw.
ik ging naar huis en toen zag ik dat Sophie en Finn op mij af kwamen toen zag ik mama opgelucht ademhalen. Mama was heel boos op mij maar ik snapte niet waarom.

       NIELS BEEMSTER

Wat grappig is in dit verhaal, is dat Niels dus niet 1 keer de sneeuw en het ijs heeft opgenoemd. Hij is gaan fietsen en kwam een autobrand tegen. Hoezo ijs? Hoezo sneeuw? Hoezo ik ben in een gedeelte van onze woonplaats waar ik nog nooit ben geweest? 
Toen hij uitgekeken was bij de autobrand wist hij de weg terug niet meer, nogmaals, hij was in een gedeelte waar we bijna nooit komen. In Zweden hebben de meeste grote winkelcentra informatieborden. Met routekaartjes en plattegronden. Niels is rond het winkelcentrum gaan fietsen op zoek naar een plattegrond. Die vond hij uiteindelijk bij een bushalte, maar die was niet van ons dorp, maar van de grote stad nabij. Begreep hij (terecht) helemaal niets van. Ik zie ook de toegevoegde waarde niet zo. Doorfietsend rond het centrum zag hij opeens de straat waar we wel eens de auto parkeren en waar 2 klasgenoten wonen. Die straat heeft hij helemaal uitgefietst en daarna zag hij 1 van de rotondes dicht bij school, en via school kon hij weer thuiskomen. Dat ik heel boos en bezorgd was, begreep hij daadwerkelijk niet. Hij had een echte autobrand gezien. Hoezo naar oma fietsen? 
Wat hem uiteindelijk nog het meeste dwars zat was dat er geen plattegrond van ons eigen dorp te vinden was. En wat hem uiteraard nog meer dwars zat was dat ik bang was dat hij toch het ijs op zou gaan, ondanks de duidelijke regel die we daarover gesteld hebben. En een regel is een regel. Ik had dus geen vertrouwen in hem gehad. Daar was hij echt boos over (teleurgesteld in zijn moeder) en daar heb ik hem ook mijn excuses voor aangeboden. 
Hier zet ik mijn fiets in elkaar samen met pappa. We hebben nu een nieuw tapijt.

maandag 6 februari 2012

Niels gaat fietsen en slaat een nieuwe route in.

Onze Niels heeft 3 fietsroutes die hij van binnen en buiten kent. 2 verschillende routes naar school en 1 route naar oma. Van mamma mag hij eigenlijk nog niet alleen naar oma fietsen, want dan moet hij 2 keer een drukke weg oversteken waar de auto's absurd hard rijden. Afgelopen zaterdag had Niels het geklier met de slee wel een beetje gehad toen we jongste broertje op moesten halen bij oma. "Mag ik op de fiets?" "Ja, hoor dat mag wel." "Dan ga ik naar links." "We gaan naar oma hoor. Weet je wel hoe je dan moet fietsen?" "Ja hoor! Gaan jullie maar naar oma wandelen en als ik jullie niet meer zie, dan fiets ik ook gewoon naar oma." Ik keek hem na en riep nog dat hij niet op het ijs mocht en er ook niet in de buurt mocht komen. 2 keer riep ik dat, wat Niels een zuchtend "Ja Mam!" liet ontsnappen. Doodeng vind ik dit seizoen. Water dat transformeert in uitnodigend ijs, maar de ijsvloer ligt nog vol windwakken en zwakke plekken door de gemalen die nog maalden terwijl het al vroor. Doembeeld van door het ijs zakkend mannetje staat op mijn netvlies, maar toch loop ik met Sophie naar rechts. Naar oma en naar jongste broertje. Bij het fietspad achter het huis is Niels al niet meer te zien. Raar gevoel bekruipt me.

Na een half uur komen we bij oma aan. Oma wacht ons op met koffie en chocomelk. Geen Niels te zien. Wel een stuiterende Finn, want er ligt sneeuw en buiten is het geweldig om te spelen. En met dit soort dagen zie je Finn dus niet meer binnen. Mamma drinkt haar koffie, maar kijkt na iedere slok naar buiten. Waar blijft Niels? Waar blijft Niels in vredesnaam? Oma heeft ook nog lekkere bladerdeeg hapjes gemaakt met warme worstjes en verwacht dat we die rustig opeten. Maar mamma zit inmiddels op hete kolen. WAAR is Niels? Na 1 kop koffie en 1 warm bladerdeeg broodje, kinderen onder protest weer in de skipakken gehesen en op weg naar huis. 2 kinderen op de slee, want dan kan mamma sneller doorlopen. Maar Sophie en Finn zien alles in verwondering aan. Bekijken de bomen alsof ze nog nooit eerder besneeuwde bomen hebben gezien en zien zielige eendjes die vast en zeker vast gaan vriezen in het ijs. Zien de weg niet, de stoep niet en al helemaal niet waar nu de stoep begint en het fietspad eindigt. Mamma moet iedere minuut een halve stoppen en mamma maakt zich al bezorgder. Kijkt tijdens het lopen goed in alle sloten, speurt onder bruggen naar felgele fiets, maar geen Niels te zien. Nergens een Niels te zien. Geen fiets ook trouwens.

Thuis. Eindelijk thuis. Geen Niels, geen fiets. Helemaal niets. Oma gebeld: "Is Niels nu bij u aangekomen?" Nee, oma heeft nog geen kleinzoon thuis zitten. Oma begint verwijten te maken aan mamma over jongens van 9 die op het ijs gaan staan en dat er alweer een heleboel kinderen door het ijs zijn gezakt en dat ze dan geen schijn van ka...... mamma smijt de hoorn erop. Daar zit ik nu allemaal niet op te wachten. Ik weet zelf dat jongens de lokroep van het ijs niet kunnen weerstaan en dat het ijs nog niet sterk genoeg is om jongens te dragen. Ik plant de 2 kleintjes in de tuin met de deur open en ga met de fiets op zoek naar oudste zoon. Maar mamma glist in de straat al 3 keer onderuit en voor ik bij de eerste brug ben, is het spoor van Niels al weg. Voetstappen van honden en kinderen en sporen van sleetjes zijn over mountainbike banden spoor heen getrokken. Mamma word bang. Ruim anderhalf uur zijn we nu verder en waar ga je zoeken? En vooral waar wil je eigenlijk niet zoeken? Niet aan denken?


Pappa bellen dat zoon vermist is. Pappa ziet ook meteen de ernst van de situatie in, maar kan niet weg uit de zaak. Pappa gaat hulptroepen bellen. Niels zal nooit zomaar zo lang wegblijven, er is dus iets aan de hand wat niet klopt. Wat ernstig anders is. Kinderen zijn inmiddels uit de tuin geplukt en op weg naar de auto. Mamma gaat met de auto zoeken. Gaat sneller en kinderen zijn dan niet alleen thuis. Kinderen beginnen te zwaaien, te schreeuwen, te springen en te rennen. Rennen zo door de straat naar rechts. "Nee!! straks ben ik er nog 2 kwijt." Waarom zijn mijn kinderen behept met dat avonturiers gen? Van wie hebben ze dat? (Van mij, maar dat houden we als geheim onder ons)

"Niels is er! Mamma, Niels is er!" Niels komt doodgemoederd aangewandeld met zijn broertje en zusje. Niels heeft een topavontuur beleefd en wil dat heel graag delen met mamma. Maar mamma is heel boos. Mamma stuurt Niels naar binnen en vraagt waarom hij niet naar oma is gefietst. Niels begint te huilen. "Ik ging niet naar oma. U vroeg alleen maar of ik de weg naar oma wist. Nou, die weet ik wel, maar ik was niet van plan om naar oma te gaan." Mamma belt pappa en Niels belt zelf oma. Mamma gaat naast Niels zitten en luistert naar zijn verhaal, mamma is nog steeds een beetje boos, maar vooral heel erg opgelucht. De wereld van Niels is vanmiddag een stukje groter geworden. Best iets om trots op te zijn, maar ook beangstigend. Vooral omdat ik zoon weer een keer niet begreep. En allemaal beren op de weg zag. Of gele fietsen onder het ijs. Ik moet het vertrouwen terugkrijgen in mijn gezin, in pappa, maar vooral in mezelf.


Morgen het verhaal van Niels. Verteld uit het oogpunt van Niels. Dit verhaal dus.

zaterdag 4 februari 2012

Sneeuwpret. Of: Genieten met een hoofdletter G.

En dan is het zaterdag en dan is de wereld wit. Een wondere witte winterse wereld. Op dit soort ochtenden willen mijn kinderen dat mamma heel snel wakker wordt. Mamma moet er uit en heel snel. Liefst nog voor 8 uur. Zaterdagochtend. Mamma gaat er voor de verandering inderdaad uit. Zo vaak is het niet wit in Nederland en als het dan eindelijk eens zover is, dan gaan we daar ten volle van genieten. Van 's morgens vroeg tot 's avonds als het koud en donker is. Slaap ik in de zomer wel weer uit.
We gaan boodschappen doen. Met een heleboel sleetjes aan elkaar geknoopt. Mamma is trekpaard. En of mamma even harder kan rennen. Kinderen willen naar de heuvel. Om vanaf te sleeen. Niets mamma helpen met de boodschappen. Niets als mamma's boodschappenlijstjes fungeren. Gewoon alleen maar sleeen op de heuvel achter de supermarkt. De heuvel die eigenlijk geluidswal is. Mamma zet 2 kinderen met evenzoveel sleetjes af en loopt door naar de supermarkt. 2 dappere fietsen staan in de stalling en al 10 sleetjes. Nederland past zich aan.

Na het afrekenen alles in een sporttas proppen, tas op de slee binden en kinderen ophalen. Kinderen die met een heleboel andere kinderen genieten in de sneeuw. Mijn kinderen waren heel snel tussen alle andere kinderen uit te vissen. Die van mij gingen namelijk achterstevoren van de heuvel uit. Zag je die enge diepte namelijk niet.

Na deze eerste sneeuwpret gingen we jongste telg ophalen bij oma. Dat wordt een apart verhaal, want 1 van onze avonturiers koos weer een compleet andere route. Van wie ze dat avontuursgen hebben weet ik niet, maar ik weet wel dat ik grijze haren heb gekregen van mijn kinderen.

Eenmaal weer thuis buiten spelen in de sneeuw. Mega ramp voor snowboard en sneeuwpop werden gebouwd van hele hoge hopen sneeuw. Buren bedankt dat jullie al jullie sneeuw in de steeg hebben geveegd, konden wij spelen, eindeloos spelen.


Mamma geniet net zo hard mee. Super voor je gezondheid dit weer. Beetje schraal gezicht krijg je ervan, maar daar hebben we tegenwoordig potten anti-rimpel crème voor. En als je even op gewarmd bent aan de koffie en weer naar buiten wil gaan, vind je een verrassing in je schoen. Katten staan erom bekend dat ze regelmatig muisjes in de schoen of slof van de baasjes verstoppen, ik heb geen katten. Maar wel 3 banjers en die zijn zo blij met hun mamma, dat ik ook een cadeautje aantrof in mijn schoen.

Sneeuw. Heel veel sneeuw. Na dit alles heb je nog een verrassing tegoed. Van banjers met gouden hartjes. Er wordt gekookt. Enthousiast staat oudste zoon in de keuken en dan krijg je een bord met dit:

En niet 1; nee liefst 3 kreeg ik voorgeschoteld. Nu dus aan het uitbuiken, maar vooral aan het naGenieten van een prachtige dag. (Met een spanningsveld, maar die houden jullie nog tegoed.)

vrijdag 3 februari 2012

Persoonlijkheidsstoornis.


Voor de mensen die ons al langer volgen in ons wel en wee, in ons dagelijks leven dus, is het geen nieuws als ik vertel dat wij vissen hebben. Voor de nieuwe volgers: Wij hebben een aquarium. Met tropische vissen en dat zijn rare jongens.
Onze algeneter overleed en na een treursong met cake en limonade verdween vis in het toilet. Finn stond erbij en keek ernaar. Wel makkelijk was zijn conclusie. Als we op vakantie gaan, spoelen we alle vissen gewoon weg en dan kopen we na de vakantie wel weer nieuwe. Mijn kinderen krijgen nog geen konijn, geen kat en voorlopig ook nog geen hond. Spoelt namelijk zo lastig weg als we op vakantie gaan.

Goed, terugkerend naar de algeneter. De plantjes werden een beetje bruin en dus togen wij naar een tuincentrum om een nieuwe algeneter te kopen. En die zijn er in verschillende maten en soorten. Sommige zijn werkelijk oerlelijk en dan oordeel ik normaal echt niet op uiterlijk, maar ik ben wel de persoon die bijna de hele dag tegen bak aankijkt. Vissen staren terug. Vinden mij ook niet moeders mooiste, maar dat komt echt door de vervorming van de glazen bak. Hmm. Wij kozen een algeneter die redelijk toonbaar was en die ook niet 40 cm zou worden. Thuis bleek vis een ADHD versie te zijn. Binnen 1 dag hadden 6 neon tetra visjes van Sophie het loodje gelegd. Waren zoveel drukte helemaal niet gewend. Werden opgejaagd door stuiterbal vis. Sophie keek met vochtige ogen naar eenzaam neon tetra visje. ‘Wel zielig mam, kopen we nu nieuwe?’ Even wachten Sophie. Even wachten. Na 1 week legde ADHD algeneter het loodje. Had al zijn hartslagen verbruikt.  Opluchting in de bak. Rust keerde terug. Neon tetra’s niet.

Vorige week was ik met dochter in een dierenspeciaalzaak. Dochter mocht met een konijn knuffelen en mamma kocht nieuwe algeneters. Rustige, kleine algeneters. En een nieuw mannetje voor de vis van Finn. Een oranje mannetjes Goerami. En mannetjes Goerami is 3 keer zo klein als vrouwtje die we al hadden, maar hij heeft zoveel eigendunk dat hij vol mannelijke bravoure recht op zijn doel afzwemt. En dat doel is de enorm uit de kluiten gewassen vrouwtjes vis. Vrouwtjes vis zwom weg achter bos planten en kwam niet meer tevoorschijn. Zwemt in een grote boog om oranje testosteron vis heen. Wij krijgen geen schattige oranje baby visjes ben ik bang.

Na 2 dagen gaf mannetje de strijd op. Net als in de echte wereld trok man aan het kortste eind. Mannetje sloot zich aan bij de school Black Molly’s van Niels. Oranje mannetjes vis denkt nu dat hij een zwart visje is. Zwemt in formatie mee met zwarte vissen. Verjaagt alle andere vissen die in de buurt van zijn familie komen en voelt zich een echte zwarte broeder. De black Molly’s hebben de onhebbelijkheid om de godganse dag met hun blup lippen tegen het raam aan te hangen om te kijken wat ik allemaal doe en vooral wat ik allemaal niet doe. Persoonlijkheidsstoornis vis hangt ook met zijn lippen tegen het glas te chillen. Vreemd gezicht, maar goed, we hebben dus vissen in alle soorten en maten. En als ik volgende week in tuincentrum kom ga ik kijken of ze naast de drinkflessen van konijn, de knaag staafjes van de cavia, de tuimelballen van de muizen ook een 7 zits bank voor vissen hebben. Zet ik die met de leuning tegen het raam, kijken de vissen misschien eens de andere kant op en kan ik weer ongegeneerd languit op de bank hangen terwijl ik eigenlijk zou moeten stofzuigen.
Huisdieren. Het zijn net echte mensen.