woensdag 25 december 2013

Het eenzame kaartje en haar kerstmis reis.

Met heel veel plezier en haar tong uit haar mond was een klein meisje een kaart aan het versieren. Een kaart voor Kerstmis. Voor haar opa en oma. Glitters en lijm en plakkers en tekeningen versierden de gehele kaart. Na een tijdje, toen er geen enkel onbedekt plekje meer te zien was, kwam mamma met de enveloppe. Met het adres van opa en oma. Een saaie witte enveloppe. Het meisje wilde die ook nog wel kleuren, maar dat mocht niet van mamma. Dan zou de kaart niet aankomen. En zowel de kaart als het meisje wilden natuurlijk niets liever dan dat de kaart straks bij opa en oma op de vensterbank zou staan. Het meisje mocht de enveloppe wel dichtplakken met een kerstboom sticker.

Huppelend liepen het kleine meisje, haar broertje in de kinderwagen en mamma naar de brievenbus. De grote, rode imposante brievenbus op de hoek van de straat. Met 2 ogen met inktzwarte wenkbrauwen. Mamma tilde het kleine meisje op en zo kon ze haar kaart door de wenkbrauwen duwen. Plof deed de kaart toen hij in de bijna lege bak viel. Het meisje liep weer naar huis. Toen ze bijna de bocht omgingen, draaide ze zich nog 1 keer om en zwaaide een laatste maal naar haar kaart.

In de bus was het donker. Donker en zwart. Hier en daar lagen al wat kaarten en die hadden het heel gezellig. De kerst sfeer was al aanwezig in de brievenbus bak. Er lagen ook statige witte, dichte enveloppen. Die waren vast belangrijk, want die lagen een beetje bij elkaar. In de hoek die het meest verlicht werd door de zonnestralen die door de wenkbrauwen straalden. Het kaartje voelde dat ze steeds een beetje meer bewegingsruimte kreeg. De kerstboom op haar rug raakte los. Gedurende de dag werd de bus voller en voller en lag het kaartje een beetje verdrukt onderaan. Op haar rug zat een ander kaartje geplakt. Die was blijven hangen aan de loslatende kerstboom.

Met een klap was daar opeens heel veel licht. Er werd eens flink geschud en alle kaartjes vielen tuimelend over elkaar heen een grote zak in. Ze werden met zak en al in een auto gegooid en om de zoveel tijd stopte de auto en werd er even later nog een zak met post in de auto gegooid. De lange rit eindigde in een hele grote hal. Een hal met heel veel machines. Grote enge grijze machines met tanden en heel veel poststukken. Kaarten en kaartjes, enveloppen groot en klein en doosjes. Het kleine kaartje werd gescheiden van de meereizende kaart en de kerstboom zat nu helemaal los op haar rug. Alleen aan de onderkant bleef de boom nog een klein beetje plakken. Het kaartje keek verwonderd om zich heen. Wat een wonderlijke reis!

En toen was het tijd om ook de machine in  te gaan. En daar gebeurde het: de kerstboom bleef plakken aan een ijzeren rand en het kaartje voelde hoe ze langzaam uit de enveloppe werd getrokken. De machine trok aan de ene kant, de enveloppe aan de andere kant. En de machine won. Het kaartje draaide nog een stukje mee met de overige post, maar viel ergens aan het einde toch tussen de post uit. Helemaal alleen lag ze op de grond. Ze keek naar voeten en heel even in een flits zag ze boven haar hoofd, de kerstboom langs flitsen. Wacht op mij! Riep ze, maar niemand hoorde haar, en de enveloppe ging helemaal alleen, helemaal leeg tussen de post op eg naar het volgende deel van de reis. In een rode bak werd hij vervoerd naar een mevrouw die op een stoel zat en post in hokjes deed.

Het kaartje werd gevonden door een vriendelijke meneer, die haar echter niet verstond. De meneer bekeek het kaartje van alle kanten en plakte haar met een glimlach op zijn gezicht op een muur. Tussen nog wel honderd andere kaarten. Allemaal alleen. Helemaal alleen, maar toch met zijn allen. Gescheiden van adres en dus eindigend hier op een kale muur in een groot lawaaiig gebouw.

Ondertussen kreeg de mevrouw op de stoel een lege enveloppe in haar handen. Ze bekeek hem eens goed, keek naar het adressering. Voor opa en oma. Met een halfplakkende kerstboomsticker op de achterkant en schudde verdrietig het hoofd. Weer een opa en oma die verwachtingsvol naar de postbode uitkijken. Dag in, dag uit. Wachtend op dat ene kaartje. Op die ene kerstkaart waar ze het hele jaar naar uitkijken. Het kaartje dat nooit zal komen, omdat ze aan een muur hangt. De plek op de vensterbank zal voor altijd leeg blijven. Het meisje dat op visite komt met kerst zal verdrietig naast de vensterbank op de grond gaan zitten. Haar kaartje zal een wonderbaarlijke reis beleven. In haar hoofd schrijft ze de verhalen. Over een kerstkaart die over de wereldzeeën vaart, die hoog boven de wolken naar de andere kant van de wereld vliegt. Haar kaartje, die ooit vast terug zal komen bij opa en oma. Volgestempeld met exotische stempels. Gelukkig weet het kleine meisje niet wat wij wel weten. Haar kaartje zal nooit verder komen dan die muur in de fabriek.


Moraal van dit verhaal: plak uw post gewoon dicht met de plakstrip en laat versieringen achterwege.


maandag 23 december 2013

Kerstboodschappen.

Kent u dat? Twee dagen voor kerst ga je samen met echtgenoot en oudste zoon het winkelcentrum in. Gewoon om eens te kijken hoe druk het er nu eigenlijk is en om nog wat vers fruit te kopen. Druk is het. Politie die het vaststaande verkeer in goede banen probeert te leiden. Verkeer dat gewoon stil staat te staan, parkeergarages die overvol zijn, omdat iedereen naar dezelfde parkeerplaats wil. Als lemmingen blijven ze achter elkaar aan rijden en duiken allemaal dat parkeerterrein op wat echter al helemaal vaststaat. Vol met geparkeerde auto's en vast met auto's die het parkeerdek weer willen verlaten.

Echtgenoot slaat van de massa af en vind een nagenoeg lege parkeergarage. Ideaal. We lopen het centrum in en schrikken dan eigenlijk wel een beetje. Het is druk. Erg druk. In winkels moet je enorm om je heen kijken, want groepen mannen duiken ook net exact dat gangpad in waar jij net staat te staan met zoon. Drukken zich tegen je aan. Ik druk terug. Blijf met je poten van mijn zoon, van mijn spullen en zeker ook van mij af! Ik ben een afschrikbarend viswijf als je zomaar aan mijn spullen wilt komen. Straal ik dan ook uit. Boze aura omhult mij en mijn zoon. Komt geen woord aan te pas. Mannen druipen af. Op zoek naar een mevrouw die een stuk aardiger is. Die zich wel willoos laat beroven, omdat ze net een fantastisch cadeau ziet voor kleinzoon of buurvrouw. En dus even bukt en haar handtas of haar jaszak een ogenblik vergeet.

Wij kopen niets en lopen weer verder. Ook binnen lopen overal agenten. In ploegen van twee. Het is druk. Ernstig druk. Wat doen al die mensen hier? Vragen zij ook van ons. Niet echt heel veel spullen kopen volgens mij. De karren zijn nagenoeg leeg of gevuld met normale boodschappen. Appelen, tandpasta, toiletpapier, maandverband, fles wijn, babyvoeding, vers brood. Waar zijn die kalkoenen, waar die kersthammen? Of zullen die al gevuld met sinaasappelen in de oven staan voor eerste kerstdag?

Omdat oudste zoon niet helemaal lekker is en met 2 ontstoken ogen rondloopt en af en toe een paal mist, heb ik regelmatig zijn hand vast. Zo ook op het centrale plein. Ik pak zijn hand, of eigenlijk de eerste de beste hand die voor het grijpen ligt en zo loop ik bijna, lees bijna, hand in hand met een wildvreemde man. Een man die een beetje bozig naar me kijkt. Denkt vast dat ik ook een zakkenroller ben. Maar als hij mijn verschrikte blik ziet, begint hij te grijnzen. Zijn vrouw niet. Die trekt eega met zich mee. Weg van maffe vrouw die zomaar hand in hand gaat lopen met HAAR man. Niet die van mij. Krijg nu wat zeg ik tegen zoon, liep mamma zomaar bijna met een andere meneer door het centrum. Zoon begint te lachen. Net als de mensen om ons heen.Vreemde moeder heeft hij.

Ondertussen leggen we de laatste hand aan mijn kerstpakket. Via mijn werkgever kon je zelf een kerstpakket uitkiezen. Maar als je al 15 jaar getrouwd bent, heb je wel een theepot en een boormachine en boeken heb je ook wel. De kinderen mochten kiezen en ze kozen voor een ouderwets kerstpakket. Een doos met wijn en crackers en jam en allemaal lekkere dingen. Dus hebben we gekozen voor een bon van de H.ema en zijn we zelf een pakket gaan samenstellen met allemaal dingen die de kinderen lekker vinden. En een fles rode wijn. Want die vind mamma lekker. En dat is het enige wat ze hebben onthouden. Er zat een fles wijn in voor mamma. (ik voel me een beetje een zuipschuit nu) Morgen als ze wakker worden ligt hij onder de boom. Jammer dat ik morgen nog moet werken, ik had graag hun gezichten willen zien.

Vanaf mijn plek in de hoek van de kamer, wens ik alle lezers van mijn blog een fantastisch sfeervol kerstfeest met al jullie geliefden, een heel mooi uiteinde, en een liefdevol en gelukkig 2014!

Anna Marie.


zaterdag 21 december 2013

Een school vol lichtjes.

19 december. We zijn al de hele dag in touw op school. Grote zaal klaarzetten, boodschappen ophalen en verdelen over 16 dozen. 16 klassen. Rollen tafelkleed en dan halverwege tot de ontdekking komen dat er opeens nog 10 leerlingen extra onze school zijn komen versterken. We draaien onze hand nergens meer voor om. Hard werken is het om alles op tijd klaar te krijgen. Af en toe komen er leerlingen een praatje maken. ‘Wat zijn jullie aan het doen?’ ‘Is dat voor ons?’ ‘Wij hebben vanavond feest.’ ‘Dan mogen we op school eten.’ ‘Ik heb worstenbroodjes gemaakt. Nou eigenlijk mijn moeder, maar ik neem het mee.’

De sfeer is goed op school en het ruikt heerlijk. Er zijn namelijk nog een paar klassen kerststukjes aan het maken. Dat staat gezellig vanavond op de tafels. En het ruikt dus naar een versgekapt bos. Hmm, dat beeld is niet echt sfeervol. Het ruikt naar een bos na een verfrissende herfstbui. Stuk romantischer direct dit beeld op mijn netvlies. En zo zijn wij aan het werk. Samen met leerlingen die allemaal heel graag willen helpen om de aula klaar te zetten voor vanavond.

Om half 4 zijn we thuis en begint het grote racen tegen de klok. 3 kinderen in de was en in de schone kerstkleding, zelf voor de tweede keer in de douche, tussendoor de IJslandse kerstcakes in plakken snijden en op schotels draperen. Gelukkig hoeven we voor de jongste alleen maar 3 blikken worstjes op te warmen. 10 voor 5. Klaar om weer naar school te gaan. Helaas is mamma vergeten om zichzelf aan te kleden. 5 uur. Op naar school. Daar staan namelijk de worst en de kaas nog netjes in de koelkast. En die moeten dus nog verdeeld worden. Dat is het nadeel van in de OR zitten. Je bent de hele tijd druk bezig en vergeet soms te genieten. Om te genieten van dat waar het eigenlijk om draait. De kinderen! Mijn kinderen, maar ook alle andere kinderen op school.

Als we de klassen gaan halen, zitten er allemaal stralende kinderen. De scheidingen zijn recht en in de gel, de staarten gevlochten en met de hoeveelheid glitters in het haar, zouden we een heel jaar kunnen knutselen. De stropdassen zitten recht (of niet) en allemaal lopen ze rechtop van trots. De jongste leerlingen vinden het wel een beetje spannend. ‘Er komt straks een echte Jezus op het podium!’ Dat hebben ze gehoord, ‘en een Jozef en een Maria!’ Gewoon zo uit Het boek op het podium! Dat dit jaar de viering iets anders gaat en er een keer geen echte baby in de kribbe ligt, mag de pret niet drukken, want de kinderen zijn zelf de hoofdpersonen! Zijn zelf Jozef en Maria en ze zijn de herder en de muzikant!

Volgens de directeur hebben we een school vol lichtjes. En dat klopt ook wel. Want als de muzikanten niet helemaal samen op 1 toonhoogte spelen, is er niemand die daar iets van zegt. In tegendeel, het applaus is gemeend en hartverwarmend. Er mag ook gezongen worden. Over Jezus die komt op een paard. Nog nooit van dat liedje gehoord, maar ik zing vrolijk mee. Achter een groep leerlingen die allemaal beginnen te giechelen. Tsja, geef ze eens ongelijk. Ik vind het ook maar een rare tekst. Hij kwam op aarde en had al een kruis. Daar stopte ik. Wat een vreemde teksten. Volgend jaar maar weer gewoon o dennenboom instuderen denk ik.

Als alle kinderen aan het einde van de viering naar hun klassen gaan om gezamenlijk het Kerstmaal te nuttigen, gaan wij weer aan het werk. De zaal moet weer leeg. Opgeruimd is maar klaar. Tussendoor kijken we toch af en toe even de klassen in en zien de kinderen stuk voor stuk genieten. Kinderen blijven eten van al het lekkers dat op tafel staat. Eten toetjes voor de pannenkoeken en worstjes na het kadetje. Drinken chocolademelk en limonade en als ze zien dat er ook nog yoki is, willen ze dat ook nog. En daarna weer limonade. Eten fruit spiesjes en chocoladelolly's. Gewoon door elkaar.Wat maakt het allemaal uit op een avond als vanavond? We zijn per slot van rekening allemaal lichtjes. Dat hebben we namelijk net gehoord. Maar sommige lichtjes lopen aan het einde van de avond toch met twee handen op hun buik naar het toilet. De combinaties vallen soms toch niet zo goed. We hebben een hele zware dag gehad, geen Kerstkoor horen zingen op het plein, maar wel heel veel blije kinderen gezien.

Daar draait het per slot van rekening om. De kinderen. De 412 kinderen op school. En dat sommige volwassenen daar anders over denken, viel op die avond even compleet verkeerd. Als je met je team van ouders al dagen in de weer bent om een grandioos feest neer te zetten en je krijgt op het moment suprême een bak commentaar over je heen, dan heb je het even volledig gehad. Dan ga je naar een hoek van de aula, en zing je over Jezus die kwam op een paard, en zie je wat de directeur al eerder had gezien. Een school vol lichtjes! Lichtjes van de school en lichtjes voor de toekomst.

Collega’s van de Ouderraad en alle hulpouders die zich hebben ingezet: Dank jullie wel!!
Hele fijne feestdagen en een liefdevol en warm 2014!!


Anna Marie.


maandag 9 december 2013

Kerstsfeer deel 2.

Ja, u leest het goed. Deel 2. En er komt ook nog een deel 3. Na het kerst debacle van gister in privé sfeer, en het ging nog veel verder daar waar het verhaal eindigde, gingen we vandaag voor de positieve verhaallijn. kerst versieren op school.

En nu mag u best weten dat ik er na gisteren eigenlijk een hard hoofd in had. ’s Morgens bij het ontbijt staarde de boom naar mij. ‘Ziet er nu niemand dat ik scheef sta? Ziet ook niemand dat er alleen een paar zielige lampjes mijn takken sieren?’ Ik staarde terug. Niet van plan om me te laten ondermijnen door een kerstboom.

Op school aangekomen werden we aangenaam verrast door een groep hulpouders. En onder het mom van: vele handen maken licht werk kwam mijn humeur weer terug. U kent mij. Ik ga niet bij de Kerstballen neerzitten. De eerste bomen stonden vrij snel in de gangen van de school. Doordat ze vorig jaar compleet in een tas zijn gegaan, inclusief lampjes en versieringen, was het nu een kwestie van in elkaar zetten en de versieringen er in hangen. Om 10 uur zaten we dus gezamenlijk aan de koffie en stonden de bomen. (Op 2 na)

Dat daarna het echte werk pas begon, het versieren van de gangen en de grote zaal en dat er juist in die kleine klussen de meeste tijd gaat zitten, had ik even onderschat. Vandaag dus de nodige meters gemaakt. Van zolder naar zolder, van gang groep 3 naar gang groep 7 naar groep 8, naar zolder, naar punaise, naar paperclip en van open haard naar koffiekamer. De stroopwafels die uitgedeeld werden smaakten me dus erg lekker. Dat zult u begrijpen. En mijn humeur werd met de minuut beter.

Na de lunch, we hadden ons verschanst in de kleuter gymzaal, gingen we met een nieuw en dus fris team van ouders op voor de laatste bomen en voor het versieren van de laatste gang. Dat er overal in school vreemde sterren in de meest afgrijselijke kleuren hingen was mij een doorn in het oog. Het leek wel kermis in plaats van de serene kerst sfeer die we zo graag wilden hebben. Gelukkig vond 1 van de kleuterjuffen dit ook en zodoende liepen we nog 1 laatste rondje door de school. Om al die ontsierende versieringen weer weg te halen. Met kerstmuts overigens. Het schijnt traditie te zijn dat de voorzitter van de Ouderraad vanaf het versieren tot en met het kerstfeest met een kerstmuts op het hoofd door de school loopt. Nu heb ik vaag het idee dat ik er tussen genomen wordt, maar het zou inderdaad zomaar traditie kunnen zijn.

Al met al heb ik weer een hele leuke dag gehad. Een vermoeiende dag dat wel, maar ik heb weer ook weer onbedaarlijke lachstuipen gehad, een Kerstman op de plaats van de directeur gezet (wie ziet het verschil) en de nodige kerstliedjes gezongen. We hebben weer zin in de kerst! Morgen dan toch ook maar weer het gevecht aangaan met mijn eigen bomen.


En 1 opmerking van een kleuterkindje wil ik jullie niet onthouden. In de gang van de kleuterbouw, stond een jongetje met hele mooie stekels in zijn haren zijn jas aan te trekken. ‘Wat heb jij een mooie stekels’ zei ik dus tegen hem, waarop klasgenoot mij van repliek diende: ‘mooie stekels? Mooie stekels? Hij lijkt anders wel een vis!’ Goed, wat dit met het Kerstverhaal te maken heeft weet ik niet, maar dit geeft wel aan waarom ik het nu zo leuk vind om op school te helpen, om op school te MOGEN helpen. De blik van kinderen. En hun nuchtere en eerlijke weergave daarvan.

zondag 8 december 2013

Kerstsfeer.

Kerstfeest. Het feest van verlichting en sfeervolle woonkamers. Sfeervolle levens en vrede. Dat idee. Dat plaatje had ik ook voor ogen toen ik met dochter op jacht ging naar een kerstboom. Dochter genoot van alle prachtige kerststukken, karren vol kerstgroen en uiteindelijk het enorme kerstbomenbos midden in de winkel. Verrukt sprong ze uit de kar en liep langs en door de bomen. Huppelend trok ze ten strijde. Ik had inmiddels al een boom gepakt. Gewoon de eerste die voor mijn voeten lag. Prima boom vond ik. Ik ben van het gemak. Is een boom op het eerste gezicht goed, dan is het goed zo en kunnen we naar de kassa. Dochter dacht daar anders over. Keek naar de door mij uitgezochte boom en schudde meewarig haar hoofd. Ik keek nog een snaar boom in mijn hand. Niets mis mee dacht ik. Maar dochter liep als een ware keuringsdienst van waren door het kerstbomenbos en werd geholpen door een iets oudere meneer die de taak had om de mensen aan een ideale boom te helpen.  Hij genoot van mijn dochters zoektocht naar de ultieme boom.

Ze waren eigenlijk allemaal te klein. Daar kwam het op neer bij dochter. Maar daar wist de meneer wel iets op. Hij liep naar de uiterste hoek. Daar waar de bomen een godsvermogen kosten en dan nog niet eens in je auto passen. Daar begon ik toch niet aan en dochter kwam weer terug. Samen met de man zocht ze een boom uit die net iets hoger was dan al die andere bomen uit mijn hoekje van het bos. Die moest het worden. Maar ik stond al die tijd nog steeds met mijn boom in mijn handen. Deze neem ik ook zei ik. Ik heb namelijk ook nog zo iets als mijn trots. Met 2 bomen reden wij door de winkel. Dochter liep er stralend naast. In de auto hadden we een waar kerstsfeertje. Het rook heerlijk! We hadden er zin in. Dochter en ik. Kerstsfeer in huis. Laat de donkere dagen maar komen.

Thuis ging het echter razendsnel mis. De boom was scheef en paste helemaal niet in de pot die ik voor ogen had. Niet recht te krijgen. Iedere keer moest er weer een tak af aan de onderzijde. Prachtige stapel kerstgroen had ik inmiddels liggen. Mooi voor een kerststuk op tafel. Maar de boom werd kaler en kaler, mijn humeur kelderde naar een dieptepunt en ik bleef tot 10 tellen. Hielp geen snars, want boom was gewoon hartstikke scheef. En kaal aan de onderzijde inmiddels. Boom 1 werd aan de kant gegooid en boom 2 kwam tevoorschijn. De boom van dochter die ik echt helemaal niets vond. Maar het moet maar weer eens gezegd: deze boom is wel een stuk rechter. De door mij zo vurig gewenste kerstsfeer was inmiddels ver te zoeken in huize B. Pappa nam een wijs besluit en nam de kinderen mee. Weg van stomende en chagrijnige mamma. Mamma die kwaad was op alles en iedereen, maar vooral op zichzelf en op de boom.


We zijn nu een uur verder en  de boom van dochter staat in de pot. Op een Zweeds kerstkleed. Scheef. ook deze boom staat al weer scheef. Maar eigenlijk is dat toch helemaal niet zo erg? Het leven is ook scheef en hobbelig.Straks ga ik dus de lampjes er in hangen en dan kan dochter morgen de boom optuigen. Maar: als de lampjes het nu ook af laten weten, gaat ook deze boom boven op de borders tegen de vorst en haal ik morgen een opgetuigde kunstkerstboom MET werkende lampjes uit de etalage van het tuincentrum. Gemak dient de mens. Keert de gewenste vrede weer terug.

Ondertussen is het wel heel erg stil in huis.

donderdag 5 december 2013

Sinterklaas Goedheiligman!

Trek uw beste jas maar aan en rijd er mee naar Spanje. Dan zien we u volgend jaar wel weer. Ik vond het echt gezellig hoor. Vooral de liedjes. Ik vind Sinterklaas liedjes echt helemaal gaaf. Kan ze dan ook bijna allemaal uit volle borst meezingen. Dit tot grote ergernis van mijn kinderen. Nog ergerlijker vinden ze het als ik ook de bijbehorende dansjes ga doen. Ze schamen zich te pletter die kinderen van mij. De gezichten van de kinderen als er heel hard op de deuren wordt geklopt en er opeens pakjes in de gang blijken te staan, zijn onvergetelijk.

Maar wat echt helemaal niet leuk is: is de stress rond de cadeaus. Nu koop ik gewoon gedurende het jaar pakjes en verstop die in mijn kledingkast; vlak voor 5 december hoef ik dan alleen nog maar op pad voor dat ene cadeau waar ik geen rekening mee had gehouden. Maar de speelgoedfolders slingeren hier al vanaf het begin van het schooljaar door het huis. Hoe goed ik ze ook verstop. Mijn kinderen vinden alles. Zo vonden ze vorig jaar Paas de kerstchocolaatjes die ik dus kwijt was. In de folders wordt driftig geknipt en gekrast. Op televisie zijn de speelgoed reclame blokken langer dan het complete programma waar we naar kijken. De kinderen willen groter en duurder. En maken elkaar helemaal gek. Want Sinterklaas kan alles kopen! Nee!! Sinterklaas heeft ook gewoon mega last van de recessie!!

Dan heb ik het nog niet eens gehad over dat warrige Sinterklaas journaal. Dan is het boek weer zoek, dan zijn de pakjes op, dan vaart Sinterklaas weer terug naar Spanje, dan is er een baby Piet aan boord, dan is er weer een Wegwijs Piet met een kapotte Piet-Piet, dan is de staf weer zoek en ondertussen weet niemand hoeveel Pieten er nu eigenlijk zijn. Chaos alom .

Schoen zetten. En dan ’s morgens vroeg een nat geplast bed aantreffen van jongste zoon. Want: als je ’s nachts moet plassen doe je dat maar gewoon in je bed. Beneden loopt Piet door je huis. En dan om 6 uur je grote broer wakker maken, omdat je niet zelf naar beneden durft. Gevolg: een chagrijnige broer. Dat schoenzetten op zich vond ik dan wel weer leuk. Lekker liedjes zingen en dansen. Uitmondend in 3 vechtende kinderen: want kind 2 zong de verkeerde tekst en kind 3 vond dat hij nu was terwijl kind 1 nog in een pieten rap verwikkeld zat. Maar goed, er werd gezongen.

Boodschappen doen. Je kunt niet meer veilig met je kinderen naar de winkel. Als je even niet uitkijkt staat er weer een Piet in de nek van je kind te hijgen. 'Ben jij wel lief geweest dit jaar?' Ja, knikt kind. Heel lief geweest, maar bij Piet nummer 483, begint kind zich af te vragen of dat eigenlijk wel zo is. Is hij/zij wel zo lief geweest? Want waarom vragen die Pieten dat allemaal? En zonder uitzondering vinden de Pieten het dan heel grappig om een hand vol pepernoten in de capuchon te strooien. Met als gevolg dat mamma iedere ochtend als een verwarde door het huis op zoek moet naar een verstopte capuchon van kind nummer 3. Die was die pepernoten in zijn kraag inmiddels zo zat dat hij iedere dag zijn capuchon van zijn jas trok.

Zelfde kind die als de dood was dat Piet zijn schoenen mee zou nemen, en dus steevast mamma’s schoen bij de open haard neerzette. Na ruim 2 weken Sinterklaas stress ben ik blij dat de beste man weer voor een jaar naar Spanje vertrekt. Niet voor alle kinderen is het Sinterklaas feest ook echt een feest. Er zijn kinderen die gewoon een beetje anders zijn. En die worden behoorlijk onrustig van al dat gedoe. Van al dat gedoe dat zogenaamd heel leuk moet zijn, maar dat soms helemaal niet is.

En u moet me maar vertrouwen als ik zeg dat ik volgend jaar weer gewoon op de bank zit op de zaterdag na Sint Maarten. Met aan iedere kant een kind en op schoot een schaal vol pepernoten. Dat ik uit volle borst alle liedjes ten gehore breng, dat mijn kinderen ook echt niet vergeten worden op pakjesavond, maar dat ik ze verre hou van intochten, winkels, televisieprogramma’s waar de organisatie klaarblijkelijk ver te zoeken is, en mijn kinderen vooral ver weg hou van in hun nek hangende Pieten die als ze de kans schoon zien hun pepernoten in de kraag van kind strooien.

Gewoon weer ouderwets pakjesavond. Zoals vroeger. Dat Sinterklaas overdag bij jou op school kwam. De echte Sinterklaas! En dat er dan precies op het moment dat de echte Sint op het schoolplein stond, de nepper langs kwam rijden op weg naar een andere school. En’s avonds vol verwachting wachtend op het bonken van de Pieten op de ramen. Dat je van schrik je warme chocomel op je nette kleding morste en dat er dan opeens pakjes in de gang stonden. Vol verwachting klopt ons hart, maar ik vrees dat ik volgend jaar de roe krijg én de gard!

Sinterklaas: een hele rustige thuisreis gewenst. Ik hoop dat de storm op zee meevalt en dat u volgend jaar gewoon in 1 keer naar ons land komt varen, met uw schimmel en uw staf, alle baby Pieten in Spanje laat en de wegwijs Piet gewoon de weg weer wijst.

Dag Sinterklaasje!!

dinsdag 3 december 2013

Mamma is een vis.

Rune gaat naar school. Met zijn grote broer en mamma. Zus is ziek. En dus heeft mamma alle tijd voor Rune. 'Gaan we samen vliegen mam?' Ze pakt zijn hand en samen rennen ze over het schoolplein. Zo hard als Rune's beentjes hem dragen kunnen. Mamma doet: 'R-r-r-r-r-r' Rune schatert het uit. Een raar stel zijn ze op het plein 's morgens vroeg. De andere volwassenen zijn saai. Zij staan gewoon maar. Ze staan te staren zonder iets te zien. Mamma niet, mamma is een beetje gek. Mamma is lief. De andere kinderen willen ook mee met het vliegtuig. Maar de benzine is op. Ze stijgen namelijk helemaal niet op. Sputter-sputter doet het vliegtuig.

Samen lopen ze naar de klas van grote broer. Rune gluurt door het raam naast de deur naar binnen en durft toch de klas met grote jongens niet in. Mamma wel. Mamma brengt de beker in de klas en komt dan gelukkig weer naar buiten.

Ze tilt Rune op en zo lopen ze naar zijn klas. 'Blub' doet Rune. 'Blup-blup.' En mamma doet: 'plop-plop-plop.' Zo lopen ze door de gangen van de school. Een juf kijkt ze aan. 'We zijn een vis' zegt mamma en ze doet nog eens 'plop-plop-plop.' Rune kijkt naar de juf en hij doet 'blub-blub.' Rune doet 'blub' en mamma doet 'plop-zoem-plop-zoem. We zijn een vliegende vis.' 'Ach natuurlijk' zegt de juf. Kijkt nergens meer van op.

In de klas komen er 2 kinderen naar Rune toe. 'Jouw mamma is wel een beetje raar!' 'NIET!' zegt Rune. 'Mijn mamma is niet raar, mijn mamma is een vis!'


maandag 2 december 2013

Alle zegen komt van boven.

We schetsen een lunch. Zo 1 van: alle kinderen komen tussen de middag gezellig thuis een boterham eten. De jongste weigert wit brood te eten; mamma heeft weer eens niet goed opgelet. Hij wil een bruine boterham en anders maar niets. Jongste luistert af en toe dus wel naar mamma. Middelste wil een boterham met: 'datgene wat ik zaterdag met de verjaardag ook had.' Op de verjaardag zaterdag had middelste een kadetje met salami. Maar vandaag wilde ze dus geen kadetje, maar salami op een boterham. Oudste doet er nog een schepje bovenop. Hij wil wel 'gesmolten kaas. Op een maïsbroodje en dan de kaas wel lekker knapperig.'

Zo’n lunch dus. De wijzers van de klok snellen vooruit. Ik weet niet hoe het komt, maar wij hebben een magische klok. De hele dag loopt hij gewoon 1 op 1, maar tussen de middag gaat hij in de versnelling. Voor je het weet ben je een uur verder en moeten we terug naar school. De twee jongens hebben het begrepen. Hebben keurig gegeten, schoenen en jassen aan en klaar om weg te gaan. Maar dan hebben we nog een dochter.

En dochter verzint om kwart voor 1 opeens dat ze nog ergens een vriendenboekje heeft. Een vriendenboekje waar haar beste vriendinnetje nog niet in staat. En een etui heeft ze ook nog wel ergens. Kan ze knutselen in de klas. 'Je gaat niet meer knutselen in de klas.' 'Je weet maar nooit mam, misschien gaan we vanmiddag wel spontaan knutselen.' Ik weet al hoe laat het vandaag is. Vandaag is zo’n dag dat mijn kinderen te laat komen. Maar de redding is nabij. Pappa moet naar een klant. En laat die klant nu achter school wonen! Mamma stuurt pappa dus alvast met de jongens voorop.

Om 10 voor 1 stappen dochter en ik dan toch eindelijk ook op de fiets. Mijn fietstassen puilen weer uit van de overbodige rotzooi en dochter is helemaal happy. Ze kan knutselen in de klas, als de juf opeens besluit dat ze gaan knutselen. Een halve voorbereiding is het hele werk. Of iets dergelijks in ieder geval.

Dan komen we opeens oudste zoon tegen. Oudste zoon die dus helemaal niet van plan was om naar school te fietsen met pappa. In de verte zien we pappa fietsen met jongste. Altijd handig zo’n felblauwe jas. Een verkeerd geparkeerde auto zorgt voor de nodige onrust. ‘Lekker dan, wie zet zijn auto nu weer illegaal neer?‘ We besluiten van de fiets af te stappen en over de stoep te gaan tot het punt waar we kunnen oversteken. En dan gebeurt het: als een complete verrassing word ik gezegend van boven. Gezegend voor mijn engelengeduld? Voor mijn fantastische kinderen? Voor de sperziebonen die ik helemaal niet klaar kan maken? Voor mijn opgeruimde karakter? Voor mijn jongste zoon die in ieder geval op tijd in de klas zit? Alleen de hemel zal het weten. Ik weet in ieder geval zeker dat de zegen van een meeuw afkomstig was.

Dus stuur ik oudste zoon en middelste dochter op goed geluk en met het nodige wantrouwen met zijn tweeën naar school en cross ik terug naar huis, waar ik een turbo douche neem, en maar een heel klein beetje te laat op het schoolplein sta. Voor niets, want de kinderen zitten daadwerkelijk gewoon in de klas. Op tijd. Vanaf morgen doe ik het dus anders. Als de kinderen klaar zijn, zet ik ze op de fiets. Zwaai ze uit, staande in de deuropening met mijn nachtjapon en openvallende duster. Mijn pantoffels sieren mijn voeten en een kop koffie houdt me gezelschap. (Nu ben ik een beelddenker en visualiseer ik me met een brandende sigaret in de deuropening, maar ik rook helemaal niet. vandaar de kop koffie) Als ze de hoek om zijn loop ik naar binnen waar ik de krant ga lezen op de bank en als ik zin heb kleed ik me aan. Of niet, want ik hoef de deur toch niet meer uit. 


Gezegend ben ik.