dinsdag 13 mei 2014

Voedselbank.

Tijdens het fietsen ontstaan vaak de meest waardevolle gesprekken tussen de kinderen en mij. Vandaag weer een hele mooie fietstocht richting zwembad gehad. Finn 6 jaar:

‘Mam, in onze klas staat een doos. En in die doos gaat pasta. Overmorgen doen we dat, want ik moet eerst even een dagje nadenken over wat juf allemaal heeft gezegd.’ ‘Waarom staat er een doos me pasta in jullie klas?’ ‘Nee! Er zit nog geen pasta in. Het is nu gewoon een lege doos. Maar er gaat pasta in. Of iets anders. Spullen die niet kunnen bedorven.’ ‘Zoals boeken en een voetbal?’ ‘Ook niet. Je moet het kunnen eten en het mag niet bedorven zijn. Ze moeten het heel lang kunnen bewaren, want ze kunnen het niet eten.” ‘Wie kunnen er dan niet eten?’

‘Nou, die mensen die u allemaal kent.’ ‘Die ik ken? Ken ik mensen die niet kunnen eten?’’ ‘Ja. U kent iedereen, dus ook mensen die arm zijn en geen eten kunnen kopen. En voor die mensen gaan we pasta inzamelen.’ ‘Mag het ook iets anders zijn?’ ‘Ja, maar ik lust graag pasta, dus als wij dan ook geen eten kunnen kopen, krijgen we onze eigen pasta terug. Het gaat namelijk naar een bank.’

‘Fantastisch! Dus alle kinderen nemen iets mee van thuis om in die kratten te doen?’ ‘Ja! Maar dus alleen spullen die eetbaar zijn, niet kunnen bedorven en ook geen speelgoed. Als dan de doos vol is, gaan we hem naar het podium brengen en over een paar weken gaan we ze naar de bank brengen. En daarom mag het dus alleen pasta zijn. Want kaas en appelen kunnen wel verrotten. Dan begint het te stinken in de school’

‘Naar de bank, wat goed. En weet je ook hoe die bank heet?’ ‘Ja natuurlijk weet ik dat. Dat heeft de juf ook verteld. Alle dozen gaan naar de Rabobank! Mensen die dan niets te eten hebben gaan dan naar die bank en dan krijgen ze gewoon al dat eten mee. Best wel handig dus. Hoeven ze ook niet te betalen. Kunnen wij voortaan ook wel doen dus als we geen eten hebben.’ ‘Hebben wij dan heel vaak geen eten?’ ‘Ja! Want we hebben nooit iets lekkers in huis, en als we chips hebben, eet u dat al op en alle lekkere dingen in de supermarkt krijg ik nooit. Dus gaan wij ook gewoon voortaan naar die bank.’ Heel even is Finn stil achterop de fiets. ‘Mam! Ik weet het weer! Het is niet de Rabobank, maar de etensbank!’


Maatschappelijk verantwoord bezig op school. Gelukkig hebben we een begeleidend schrijven gekregen via de mail en weet ik dat ik morgen dus niet naar de Rabobank hoef te fietsen. Wel ’s middags met de kinderen naar de supermarkt. In alle klassen staat namelijk een krat om het eten in te verzamelen. Chips. Zou dat ook bederven? Appelen wel. Laat ik vanavond dan maar aan de appelen gaan. Gaat de chips morgen naar school.
Laten we deze gevulde doos maar niet naar school brengen. (huisjespark)

3 opmerkingen:

  1. Haha wat heerlijk om dat zo te beluisteren! Het zou wat zijn wanneer we er allemaal naar toe konden maar ik snap dat hij denkt dat het voor hem ook wel handig zou kunnen zijn!
    En ja....beter de appelen.....maar de chips is zo lekker!!

    groet Trijnie

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik heb erg genoten van dit gesprek!!! :-))
    Liefs van Gon

    BeantwoordenVerwijderen