maandag 21 januari 2019

Salonavond.


Alkmaar herbergt een door mij nog niet eerder ontdekt pareltje. Weggestopt in een zorgcentrum bevindt zich een kapel. Hoge plafonds, strakke witte muren en prachtig glas in lood. Daar hou ik van. Ook van kerken met beschilderde plafonds en muren, maar dan kijk ik naar al het moois, en vergeet ik mijn aandacht bij de les te houden. Dat iedereen gaat staan om te bidden en jij blijft zitten en gaat staan als iedereen weer plaats neemt. Mensen die al langer met mij meelezen zien me tegen het ritme van de kerk ingaan. Dat risico zou ik hier niet lopen. Alles wit en steriel. Rust.

Waarom ik hier zat op een vrijdag in januari? Er was een salonavond georganiseerd door De B.rouwerij. Iedere derde vrijdag van de maand krijgen beginnende en/of gevestigde namen een podium om hun kunsten te vertonen. Deze vrijdagavond stonden er 3 acts gepland. Normaal zijn de avonden in K.oekenbier aan de K.ennemerstraatweg. Nu eenmalig een uitstapje naar deze kapel.

Ik was vroeg, heel erg vroeg. Wilde namelijk niet het risico lopen dat ik vanuit Heerhugowaard zou komen fietsen over spiegelgladde fietspaden, 3 keer uit de bocht vliegend en met blauwe bloedende ellebogen tot de ontdekking komen dat alle kaartjes verkocht zijn. Ik was op tijd. Zelfs nog voor de kaartverkoop van start kon gaan. Mocht op mijn blauwe ogen plaatsnemen en later komen betalen. Even voor uw beeld: ik heb géén blauwe ogen. Heb wel betaald overigens.

Het grote voordeel van op tijd zijn: je ervaart de voorstelling alvast. De artiesten draaien proef. Als het proefdraaien zich zou voortzetten, ging ik een leuke avond tegemoet. Kijk, ik had ook thuis op de bank kunnen zitten. Verwarming aan, stapel boeken naast me. (In mijn huis liggen op verschillende plaatsen stapels boeken die ik nog wil lezen) En: een mooi glas wijn onder handbereik.  Ergens in huis huizen 3 pubers achter spelcomputers. Af en toe komen ze tevoorschijn om hun immer hongerende lichamen te voeden met de inhoud van de koelkast, maar meer dan een: ‘hebben we nog iets lekkers?’ Komt er op vrijdagavond niet uit. Nee, ik zat prima in de kapel. Zonder bank, zonder boek, zonder wijn. Met verwarming. Strategisch gekozen plaats in de zaal.

Deze avond was bijna intiem te noemen. Kleine zaal, kleine groep mensen. Geen groots social media bombardement. Gewoon alleen de echt geïnteresseerden. Nog één voordeel: een knappe eindtijd. Uur of 11 afgelopen. Hoef je bij mijn jeugdvereniging thuis niet mee aan te komen. Zij gaan tegenwoordig rond die tijd pas van huis.  Ik niet, hoor inmiddels tot de generatie die haar slaap echt nodig heeft. Die nog net niet ’s middags een middagdutje doet. (Soms wel, maar dat schrijven we uiteraard niet openbaar) Wat ik zeker niet onbestraft meer kan doen is nachten doorhalen.  Uur of 11 afgelopen, drie kwartier naar huis fietsen, precies nog dezelfde dag thuis.

Wat ik wel nog rustig had kunnen doen was thuis een kop koffie drinken. Alle haast was nergens voor nodig. Zelfs aan het einde was er voldoende plek. Met slechts 25 gasten doen we dit initiatief geen eer aan. Het was namelijk zéér de moeite waard. Het is net als met een rijsttafel. Er zit altijd iets van uw gading tussen. Ik ben een omnivoor. Heb van alle drie de optredens genoten.

Mensen, entree van  €7.50. Daar blijven we toch niet voor thuis? Nu moet ik na het schrijven van dit stuk, dus wel zorgen dat ik op tijd een kaartje kan bemachtigen voor 15 februari, dan is de volgende salonavond. Met Jan Rot en Sanne Schuhmacher. Zie ik jullie daar?

En voor de vaste volgers: u heeft allemaal gelijk. Ik hou eigenlijk helemaal niet van strak en steriel. Hou van oude panden met krakende houten vloeren, met te lage deuropeningen, scheve kozijnen en bladderende verf. Panden met karakter. Een huis moet als het leven zijn. Doorleefd, gegroefd, vol verhalen die doorverteld worden.  En toch is een steriele kerk wel zo handig voor de rust in mijn hoofd tijdens een salonavond.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten