maandag 11 november 2013

Kleine Rune wordt piraat.

Dit verhaal staat onder het label schrijven. Dat is omdat dit voor de verandering eens een keer niet in mijn gezin heeft plaatsgevonden, maar ik werd geïnspireerd door een gesprek met een klein jongetje. Bijna 4 en hij had een piratenbed en piratenspierballen. Dat ik maar een gewoon saai wit bed had, was maar zielig voor mij. Had ik dan wel een piratendekbed? Nee, zelfs dat heb ik niet. Als groot mens ben je dus maar wat saai. Gelukkig kan ik me heel goed inleven in de wonderlijke denkwereld van kinderen.


Rune loopt verveeld achter mamma aan in een hele grote winkel. Een winkel met allemaal bedden. Saaie bedden met stomme dekbedden er op. Bloemen en Tijgers en nog stommere strepen. Mamma vind dat Rune een groter bed nodig heeft. Geen spijltjes bed meer, maar Rune heeft geen bed, Rune heeft een boot. En in zijn boot beleeft hij avonturen. Vaart hij naar de andere kant van de zee om kastelen te veroveren en al het snoep te roven! Mamma zegt dat het een baby bedje is en dat hij nu een grote jongens bed krijgt. Mamma begrijpt niets van de boot, en over het geroofde snoep zegt ze dat het slecht is  voor je tanden.

Mamma loopt en kijkt en voelt aan bijna alle dekbedden. Behalve die tijgers. Mamma wil geen tijgers op haar bed. Mamma is romantisch zegt ze. Nou mooi niet! Zegt pappa zelf. “Kan ik ergens mee helpen?” Vraagt een meneer met rode vlekken in zijn gezicht. “We zijn op zoek naar een grote jongens  bed voor Rune” Zegt mamma tegen de meneer. Wat raar! Mamma kent hem toch helemaal niet? En ze gaat gewoon zomaar met hem praten. Praat nooit met vreemde mensen zegt ze toch zeker zelf altijd! ‘Nou, dan bent u hier aan het juiste adres. Wij verkopen inderdaad bedden.’ Stomme meneer. Anders zouden we hier toch ook niet zijn!

‘Wat voor bed wil je jongeman?’ ‘Een piratenboot’, zegt Rune. ‘Nou, loop maar mee, vorige week is hier een piratenkoning geweest en die heeft een bed achtergelaten.’ ‘In het echt?’ ‘Echt waar. Kom maar, dan laat ik hem zien.’ Rune loopt huppelend achter de verkoper aan. Een piratenbed. Ik krijg een piratenbed. ‘Hier staan de kinderbedden, we hebben mooie roze bedden, stoere jongens bedden en dit piratenbed.’ ‘Een piratenboot! Een echte piratenboot!!’ Rune stuitert rond het bed. Een botenbed met uitkijkpost, met ronde patrijspoorten en een kajuit! ‘Deze mamma, ik wil deze hebben.’ Mamma staat te glimlachen en kijkt op het kaartje wat aan het bed bevestigd is. Mamma wordt rood, net als die mijnheer en vraagt of er ook gewone witte strakke jongensbedden zijn. Die zijn er, en mamma en verkoper lopen naar een ander bed. Rune merkt het niet meer. Hij zit bovenop het bed. Kijkt door een verrekijker naar andere piraten, speurt naar kastelen vol snoep en is helemaal blij als mamma even later zegt dat zijn nieuwe bed al in de auto staat en ze naar huis gaan.

Thuis huppelt en springt Rune om pappa heen. Pappa zet zijn nieuwe bed in elkaar. Het baby bootje staat al op de gang. Na een tijdje bemerkt Rune opeens dat het bed gewoon op de grond staat, dat er helemaal geen uitkijkpost meer is, en dat er ook geen patrijspoorten in zitten. ‘Dit is helemaal geen piratenbed’ jammert Rune, ‘nee’ zegt pappa, ‘dit is een grote jongens bed.’ Rune kijkt om de deur naar zijn ledikant. En kijkt naar nieuw glimmend wit bed. Niets aan! Dit bed is stom!


De rest van de middag is er visite en pappa en mamma zijn beneden. Rune is boven. Aan het spelen. Met zijn timmertafel denken pappa en mamma te horen aan het geluid. Maar Rune is een slim mannetje. Rune is niet voor niets piraat. Na een uur komt Rune beneden. In zijn piratenpak. ‘Wat horen we Rune? Heb jij een nieuw bed gekregen?’ Vraagt tante. ‘Ja, ik heb een piratenschip! Kom maar kijken.’ In optocht gaan ze naar boven. Rune de onverschrikkelijke piraat voorop. ‘Enter mijn piratenschip!’Roept Rune als hij de deur openzwaait. Mamma geeft een gil en kijkt met verschrikte ogen naar pappa en naar bed. Oom begint te hikken, tante kijkt verwonderd in de rondte. Pappa schiet in de lach. Daar, in de hoek van de kamer staat nu een echt schip. Een nieuw jongensbed met erboven een ledikant als kajuit; met 2 bezems aan de zijkanten getimmerd als vlaggenmast. Zwarte handdoeken doen dienst als afschrikwekkende vlag. Met stift zijn er patrijspoorten geschilderd aan de zijkanten.  Trots stapt Rune zijn schip in. Piraat Rune komt er wel. En mamma, mamma moet nog van de schrik bekomen. Met een kop koffie van pappa en een snoepje van Rune. Uit zijn geroofde piartenschat.


3 opmerkingen:

  1. Heb het met een grote glimlach gelezen. Leuk verhaal....
    En tja, waarom kinderen laten kiezen, als mama toch beslist...

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Zo heerlijk als jij schrijft, ik heb weer genoten.
    Jongensdromen komen dus toch uit:) Die Rune toch, hi, hi

    Liefs, Eefie

    BeantwoordenVerwijderen